© www.dode-lente.nl



 HOME

Volgende hoofdstuk naar index boek voorgaande hoofdstuk

voorgaande

1990 - 1999 lijst

volgende

een terug

 Boek  DODE LENTE

BRON: "Twijfel over verbod van bestrijdingsmiddelen". "Trouw". Meppel, 08-12-1992. Geraadpleegd op Delpher op 17-06-2019, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ABCDDD:010822163:mpeg21:a0120

BRON Delpher: Trouw 1992-12-08                                   ook tekst in MAP


Twijfel over verbod van bestrijdingsmiddelen

Handboek bestrijdingsmiddelen; gebruik en milieu-effecten


Van een onzer verslaggevers

AMSTERDAM - Er is nog altijd te weinig bekend over de effecten die bestrijdingsmiddelen hebben op natuur en milieu. Mede is het twijfelachtig of een aantal middelen die de overheid wil verbieden, daadwerkelijk verboden zullen worden.


Dit zei onderzoeker J. van Rijn, werkzaam op de Vrije Universiteit, gisteren bij de presentatie van het Handboek bestrijdingsmiddelen; gebruik en milieu-effecten.

Het Handboek behandelt in toegankelijke taal de werking en de effecten van 57 bestrijdingsmiddelen, waaronder bentazon, atrazine en maneb. In 1994 moet een definitief handboek verschijnen, dat in totaal 250 bestrijdingsmiddelen beschrijft. De gegevens uit het Handboek komen van de commissie die bepaalt of nieuwe bestrijdingsmiddelen in de handel mogen komen. Deze gegevens waren tot voor kort geheim.


De 57 middelen uit het Handboek staan alle op de zogeheten saneringslijst van het ministerie van landbouw. Dat betekent dat de overheid het gebruik van deze middelen in 2000 wil beperken of zelfs verbieden. In totaal staan zo'n 170 stoffen op deze saneringslijst.


Bestrijdingsmiddelen komen op de saneringslijst, als zij een van de drie milieunormen die de overheid heeft gesteld, overschrijden. Die normen betreffen de giftigheid, de afbreekbaarheid en de beweeglijkheid van middelen. De laatste norm wordt gebruikt, omdat 'beweeglijke' bestrijdingsmiddelen in het grondwater (en daarmee in het drinkwater) terechtkomen.


Volgens Van Rijn zal het echter moeilijk zijn, om middelen te verbieden als zij een van de drie normen overschrijden. Producenten van omstreden bestrijdingsmiddelen kunnen zich beroepen op de uit 1962 daterende Bestrijdingsmiddelenwet: die bepaalt dat van elk middel een afweging gemaakt moet worden tussen het nut van een middel en de schade die het berokkent. Het ontsmettingsmiddel aldicarb bijvoorbeeld is nogal beweeglijk en komt in te hoge concentraties in het grondwater voor. Onduidelijk is echter of dat onaanvaardbare schade oplevert. Minister Alders (milieubeheer) werkt overigens aan een nieuwe versie van de Bestrijdingsmiddelenwet.


De kennis over de werking van bestrijdingsmiddelen is zeer beperkt, constateert Van Rijn in haar onderzoek. Zo is vaak onbekend of (en in welke mate) een middel schadelijk is voor vogels, vissen en de diertjes die in de bodem leven. Ook is vaak ongewis hoe de middelen zich in de grond gedragen: welke verbindingen ontstaan en hoe die uitwerken op organismen.


De informatie die wel beschikbaar is, komt vooral van de producenten. Ervaringen in het verleden hebben geleerd dat die informatie niet altijd betrouwbaar is. Zo bleek uit onderzoek dat het grondontsmettingsmiddel methylbromide veel schadelijker was dan werd beweerd.


Het gros van de bestrijdingsmiddelen die nu worden gebruikt, is al sinds het begin van de jaren zestig in de handel. Ongeveer 65 procent van de nu gebruikte middelen overschrijdt minstens een van de drie milieunormen. Schattingen leren dat negentig procent van de middelen niet op het te beschermen gewas terechtkomt, maar ernaast.



     BRON en KNIPSEL

‘Naar knipsel

en bron

 /  1990-1999  / DIVERSE 1992-12-08  

ni/nf