HOME

een terug

 BRON delpher: Leeuwarder Courant  1969-07-12               ook als tekst

Leidse hoogleraar prof. dr. D.J. Kuenen:

Nederland is zich onvoldoende bewust van de gevaren van vuilverontreiniging

(Van onze Leidse correspondent) „De grote moeilijkheid bij de bescherming van onze natuur is dat je welvaart in guldens kunt uitdrukken, maar welzijn helaas niet. Rijkswaterstaat kan precies becijferen wat het financiële voordeel is als de weg van Amsterdam naar Rotterdam tien kilometer korter wordt. Maar zo’n rekensommetje is niet te maken van de man, die in het weekeinde met zijn gezin dat bochtje in de Waal bij Tiel opzoekt om daar op adem te komen van een week hard werken. Het belang van een leefbaar milieu wordt bij een definitieve keuze nogal eens naar het tweede plan verschoven. Daar moet verandering in komen.

Aan het woord is prof. dr. D. J. Kuenen. hoogleraar in die algemene dierkunde aan de Leidse universiteit en binnenkort directeur van het "Rijksinstituut voor Toegepast Veldbiologisch Onderzoek ten behoeve van Natuurbeheer (Rivon).

Met ingang van 1 oktober zullen het Rijksinstituut voor Veldbiologisch Onderzoek ten behoeve van het Natuurbehoud (Rivon) te Zeist en de Stichting Instituut voor Toegepast Biologisch Onderzoek in de natuur (Itbon) te Arnhem opgaan in dit nieuwe rijksinstituut Prof. Kuenen — geboren en getogen Leidenaar — is al jarenlang voorzitter van de adviesraden van beide instituten en ziet in deze samenbundeling van krachten nieuwe mogelijkheden om de problemen van de steeds toenemende milieuverontreiniginig te lijf te gaan.

„Er werd in beide instituten al veel werk verricht dat elkaar overlapte en dank zij de „fusie” kan straks het volledige potentieel gebruikt worden voor biologische onderzoekingen.” De „inbreng” van het Itbon is een goed uitgerust laboratorium waar het Rivon al lang naar uitkijkt. Het laatste instituut richt zich vooral op de direct toegepaste wetenschap zoals een onderzoek naar de ontwikkeling van de vegetatie in een bepaald gebied. Het Itbon doet tevens veel werk in het veld. Om maar iets te noemen: er zijn studies over de vorming van humus, de verstuivinigen in Gnibbenvorst en de ontwikkeling van de worm in boomgaarden waar jaar in jaar uit gespoten wordt.

Vervolg in onderstaande knipsels

"Meer cijfers". "Leeuwarder courant : hoofdblad van Friesland". Leeuwarden, 12-07-1969. Geraadpleegd op Delpher op 25-06-2019, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010618190:mpeg21:a0197

Vraag: wat is de bijdrage van dit soort ‘zware’ adviesorganen op het Ministerie van Landbouw, enz. geweest?.....

=================

Uit jaarverslag 1969..   (Ophalen)

Commissie van bijstand

Prof. Dr. D. J . Kuenen- Leiden, voorz.

Prof. Dr. D. Bakker- Groningen

Prof. Dr. H. Engel- Amsterdam

Prof. Dr. J.C. van de Kamer- Utrecht

Prof. Dr. J. Lanjouw- Utrecht

Prof. Dr. M.G. Rutten- Utrecht

Prof. Dr. H.J. Venema- Wageningen

toegevoegd als secretaris:

Prof. Dr. M.F. Mörzer Bruyns- Zeist

 /  1962-1969  / DIVERSE 1969-07-12  

in/fo