© www.dode-lente.nl
HOME
een terug
Boek DODE LENTE
voorgaande |
1960 - 1969 lijst |
volgende |
BRON Delpher: Nieuwsblad vh Noorden 1964-03-14 ook in MAP
Dode Lente
pagina 3
Het is nota bene de directeur van onze eigen Plantenziektekundige Dienst in Wageningen, dr. C. J. Briejèr, geweest, die de Amerikaanse schrijfster Rachel Carson mede geïnspireerd heeft tot haar boek Dode Lente. Daarin vestigt zij nadrukkelijk de aandacht op de gevaren die er verbonden zijn aan de - overmatige — toepassing van allerlei, chemische middelen bij de bestrijding van ziekten en onkruiden in de land- en tuinbouw.
Men zou verwachten, dat de alarmerende klanken van dr. Briejèr, die dus inmiddels reeds tot Amerika doorgedrongen zijn ook in Nederland aanleding zijn geweest tot een diepgaande bezinning van daarbij betrokken autoriteiten op dit probleem. Van iets dergelijks evenwel is ons tot dusver niets bekend. Weliswaar is men in Nederland evenzeer van de gevaren op de hoogte, dat heeft men zich gerealiseerd, dat een angstige toestand aan het groeien is, doch maatregelen zijn tot dusver nog niet op hoog niveau gecoördineerd.
Het wordt, dunkt ons, tijd, dat van regeringszijde serieus aandacht wordt geschonken aan de gezaghebbende en ter zake kundige mening van mannen als dr. Briejèr. Er bestaat weliswaar nog geen noodsituatie, maar die bestond er ook nog niet vóór dat in februari 1953 de dijken braken.
Het kan nooit kwaad om zich tijdig te prepareren. Wij willen namelijk graag nog jaren lang in gezondheid groenten en fruit kunnen eten.
pagina 23
Chemische bestrijdingsmiddelen zijn
angstaanjagend probleem
„LEVENDE NATUUR"door dr. Fop. I. Brouwer
.... vol liefde buigt de mens zich over de wieg van zijn kind en laat tegelijk toe, dat zijn voedsel wordt vergiftigd....
Het zal wellicht enige verbazing verwekken, dat ik vorige week een artikelschreef met als titel „Maart brengt lentesymptomen”, terwijl ik deze keer uw aandacht vraag onder het opschrift „Dode Lente". Laat ik u dadelijk uit de droom helpen door mede te delen, dat „Dode Lente" de titel is van een Nederlandse bewerking van een Amerikaans boek. Het is geschreven door Rachel Carson en het is in de Verenigde Staten verschenen onder de titel „Silent Spring”.
Het werk van Rachel Carson heeft in de U.S.A. zeer sterk de aandacht getrokken. Dit is geen wonder als we bedenken, dat de schrijfster bijna vijf jaren gewerkt heeft aan de voorbereiding ervan.
Op zeer indringende en overtuigende wijze laat zij ons kennis maken met de funeste gevolgen van de toepassing van allerlei chemische middelen bij de bestrijding van onkruiden en ziekten en plagen in land- en tuinbouw. Van verschillende zijden is het werk in de Verenigde Staten heel sterk bekritiseerd, doch de schrijfster heeft de voldoening gehad, dat zij het geweten van de mensheid wakker heeft geschud en dat leek en vakman zijn gaan nadenken over de problemen, die zij in haar werk aan de orde heeft gesteld.
Nobelprijs verdiend
Het toonaangevende blad „New York Times” komt tot de conclusie, dat Rachel Carson evenzeer de Nobelprijs verdient als de ontdekker van DDT, die hem reeds ontvangen heeft. Het boek heeft wijlen president Kennedy zo verontrust, dat hij een speciale commissie in het leven heeft geroepen om de door de schrijfster gesignaleerde feiten te onderzoeken en om na te gaan op welke wijze de problemen tot een oplossing kunnen worden gebracht. Het rapport van deze commissie is in druk verschenen als een uitgave van „Het Witte Huis” en voorzien van de handtekening van Kennedy op grote schaal verspreid.
Op verschillende plaatsen citeert de schrijfster dr. C. J. Briejèr, directeur van de Plantenziektenkundige Dienst te Wageningen, die gedurende de laatste tien jaren reeds meer dan eens getuigd heeft van zijn ongerustheid met betrekking tot de verschijnselen, die het gevolg zijn van de toepassing van allerlei chemische middelen bij de bestrijding van ziekten en plagen.
De plaatsruimte laat uiteraard niet toe op deze plaats diep in te gaan op de klemmende vraagstukken, die Rachel Carson aan de orde stelt, zodat ik moge volstaan met een enkele aanduiding ervan. Eén van die vraagstukken is de resistentie (weerstand), die allerlei organismen tenslotte gaan vertonen, waardoor zij niet meer reageren op de toegepaste middelen.
/ 1960-1969 / RECENSIE 1964-03-14
Onvatbaarheid
Aanvankelijk was DDT een prachtig hulpmiddel bij de bestrijding van vrijwel alle insektensoorten, doch thans zijn we zover gekomen, dat de meeste insekten niet meer op DDT reageren. De verklaring van dit verschijnsel ligt voor de hand. Men heeft in het begin door de toepassing van DDT de exemplaren gedood, die erg vatbaar waren voor het gebruikte middel, terwijl de exemplaren, die een bepaalde graad van onvatbaarheid bezaten overbleven. Deze gingen zich weer voortplanten en aangezien de eigenschap om onvatbaar te zijn als erfelijk mag worden beschouwd, selecteerde men van jaar tot jaar steeds meer de vatbare exemplaren uit, zodat men tenslotte een onvatbare populatie overhield.
De insekten, die resistent zijn tegen DDT bezitten in hun lichaam een bepaald enzym, dat hen in staat stelt de giftigheid van DDT teniet te doen door het om te zetten in het minder gevaarlijke DDE. Dit enzym nu, vindt men alleen bij die insekten, die een erfelijke aanleg bezitten voor DDT-resistentie.
Een ander facet van het probleem is het volgende. Bij de bestrijding van de iepenspintkever heeft men in de USA gebruik gemaakt van bepaalde chemische middelen, die een zeer hardnekkige film vormden op de bladeren der bomen. In de herfst vallen deze bladeren af en zij komen op en in de grond, waar zij tot voedsel strekken van regenwormen. In het lichaam van deze wormen wordt dit middel opgeslagen en geconcentreerd, zodat men de wormen kan beschouwen als „biologische versterkers” van het vergif. Wanneer in de lente de roodborstlijsters terugkeren, gaan deze de wormen eten. Elf wormen kunnen reeds een dodelijke dosis DDT in 't lichaam van de lijsters brengen en elf wormen vormen slechts een heel klein onderdeel van het dagelijks rantsoen van deze vogelsoort!
Een ander treffend voorbeeld van „biologische versterking” van bepaalde middelen is het volgende. Bij het meer Clear Lake in Californië had men last van een muggenplaag, die men na 1950 ging bestrijden met DDD, een stof die verwant is aan DDT, doch naar werd aangenomen minder gevaarlijk voor de visstand. Het middel werd toegepast in een verdunning van 1 deel insecticide op 50 miljoen delen water.
Dode futen
Weldra bleek, dat de futen, die op het meer leefden op grote schaal doodgingen. Bij onderzoek van de gestorven vogels bleek dat zij in hun lichaam een concentratie bezaten van 1600 delen per miljoen van het gebruikte DDD. De concentratie in het water was 1 op 50 miljoen. Het bleek echter, dat er in het plankton, dat in het water leefde, reeds 5 delen per miljoen aanwezig waren, hetgeen dus wees op een „biologische versterking” van 25 keer. De vissen, die van dit plankton leefden vertoonden een DDD-gehalte van 40 tot 300 delen per miljoen, terwijl de futen door het eten van deze vis wederom een „biologische versterking" van het toegepaste middel vertoonden tot 1600 per miljoen. Hetgeen hierboven beschreven is, vertoont dus min of meer het beeld van het bekende „zwaan-kleef-aan-verhaal."
Ik heb hier slechts enkele van de vele voorbeelden genoemd, die de schrijfster aanvoert om ons wakker te schudden en ons aan het denken te brengen.
Ook in Nederland blijven de gevolgen van haar boek gelukkig niet uit en onlangs verscheen er bij de Plantenziektekundige Dienst in Wageningen een werkje, dat „Harmonische bestrijding van plagen” heet. Het Ministerie van Landbouw en Visserij heeft aan alle landbouwscholen in Nederland opdracht verstrekt enige lesuren aan deze vraagstukken te besteden.
Ik ben echter van mening, dat niet alleen het agrarische deel van onze bevolking kennis moet nemen van deze angstaanjagende problemen doch dat iedereen hiervan op de hoogte dient te zijn.
Daartoe leze men het boek „Dode Lente” van Rachel Carson, dat verschenen is bij de uitgeverij H. J. W. Becht te Amsterdam.
BRON: "Rachel Carson in „Dode Lenfe”: Chemische bestrijdingsmiddelen zijn angstaanjagend probleem". "Nieuwsblad van het Noorden". Groningen, 14-03-1964. Geraadpleegd op Delpher op 03-06-2019, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010679439:mpeg21:a0303
BRON: "Dode Lente". "Nieuwsblad van het Noorden". Groningen, 14-03-1964. Geraadpleegd op Delpher op 03-06-2019, https://resolver.kb.nl/resolve?urn=ddd:010679439:mpeg21:a0047
|
|
Trouw |
|
De Tijd |
|
Zeeuws landbouwblad |
|
Friesche Koerier |
|
1964-03-14 |
Nieuwsbl. v/h Noorden |
|
|
RECENSIES “DODE LENTE
ni/nf
SITEMAP |
GEGEVENS |
ZOEKEN |
Biografie-1 |
Biografie-2 |
Biografie-3 |
Invloed-01 |
Wikipedia-E |
Wetgeving |
Oskam-01 |
1991 MJPG |
2010 gebruik |
2012 gebruik |
2016 gebruik |
afzet/gebruik |
Grondgebruik-01 |
Niet landbouw |
Gedrag |
NEFYTO |
keuzelijst |
New Yorker |
Silent Spring |
Dode-Lente |
USA Rapport |
Zilveren Sluiers |
DEEL-1 |
DEEL-2 |
DEEL-3 |
DEEL-4 |
DEEL-5 |
HOOFDST.-01 |
HOOFDST.-02 |
HOOFDST.-03 |
HOOFDST.-04 |
HOODFST.-05 |
HOOFDST.-06 |
HOOFDST.-07 |
HOOFDST.-08 |
HOOFDST.-09 |
HOODFST.-10 |
HOOFDST.-11 |
HOOFDST.-12 |
HOOFDST.-13 |
HOOFDST.-14 |
BRONNEN |
vóór 1940 |
1940-06-16 |
Colloradekever |
1e maal DDT |
Rupsenplaag |
USA DDT |
Nobelprijs |
Nevelspuit |
Rijnvervuiling |
ZLM rapport |
1954-07-19 |
Dr. Briejér |
Dr. Briejér |
lijst 1960-1969 |
gifgebruik 1960 |
The New Yorker |
8 x silent spring |
5 X dode lente |
Rachel Carson † |
2 X zilveren sluiers |
1980-1989 |
1990-1999 |
2000-2009 |
2010-2019 |
1980 Lekkerkerk |
1980 Volgelmeer.p. |
1981 Westland |
1982 Zure regen |
40 Jr. GIF |
1986 Tsjernobyl |
25 jr dode lente |
1989 CFK's |
1989 MJP-G |
bodemsanering |
Meerjarenplan |
1990-12-19 |
Zenuwziekten |
MJP-G |
1992-03-10-2 |
Bestrijdingsmiddelen |
MJP-G |
Vrije zone |
2002-06-05> |
2004-06-06 |
2008-10-01 |
2013-05-13 |